Je bekijkt momenteel…
Rafal is geboren en getogen in Polen, maar woont al sinds 2012 op Texel. ‘Ik kwam naar Nederland om mijn vader te ondersteunen die hier een paar jaar eerder naartoe was verhuisd. Hij was ernstig ziek en moest regelmatig naar het ziekenhuis. Maar hij knapte weer op en leeft nog steeds. Zelf heb ik daarna besloten om hier te blijven.’
In Polen was Rafal productieleider van een grote banketbakkerij. Wat lag er meer voor de hand dan dat hij ook hier in een bakkerij zou gaan werken? Dat bleek echter lastiger dan gedacht. ‘Ik beheerste de Nederlandse taal nog niet genoeg. Daarom wilde niemand me hebben. Wel kon ik aan het werk bij strandpaviljoen Paal 17. Ik ben er als afwashulp begonnen. Later deed ik ook ander werk in de keuken. Ik wil altijd nieuwe dingen leren. Bovendien werd mijn Nederlands steeds beter.’
Rafal is vol waardering over zijn toenmalige werkgever Mark Röpke, maar verwonderde zich erover dat de koek en het gebak die werden geserveerd van de fabriek werden betrokken. ‘Waarom? Ik kan voor jullie bakken, zei ik tegen hem. Mark dacht dat het veel te veel werk voor me zou zijn, maar gaf me wel de kans om de appeltaart te bakken. Ik mocht het een maand proberen. Maar al na een week maakte ik ook de koekjes, de brownies en de cheesecake.’
Ter promotie van zijn eigen werk en het paviljoen had Rafal in de wintermaanden een eigen hoekje in het paviljoen, goed zichtbaar voor de gasten. ‘Ik bakte er live. De Winterbakkerij noemden we dat. Zo kon iedereen zien waar de verse koekjes bij de koffie vandaan kwamen. Dat was heel leuk om te doen.’
Rafal had het naar zijn zin bij Paal 17 en vermoedt dat hij er zonder de coronacrisis nog steeds had gewerkt. ‘Maar we moesten een tijd dicht. Toen we daarna weer opengingen, was er te weinig personeel. Ik moest steeds meer werk in de keuken doen en had steeds minder tijd om te bakken. Dat was jammer.’
Om toch zijn oude vak weer een beetje op te pakken, besloot hij thuis te gaan bakken. Na een aarzelende start, kreeg hij al snel meer klanten. ‘Theater De Toegift in Den Hoorn was mijn eerste en is nog steeds een klant. Daarna volgden Ecomare, Museum Kaap Skil, De Vlijt op het vliegveld, De Knip – dat nu De Bank heet – en groepsaccommodatie Nieuw Leven. Op een gegeven moment verwerkte ik veertig kilo appels per dag. Mijn hele huis stond vol spullen.’
Op zoek naar meer ruimte, besloot Rafal – getrouwd en vader van twee kinderen – bedrijfsruimte te huren in De Vlijt. Dat beviel, maar na een jaar gaf eigenaar Marianne Langeveld te kennen dat ze de verhuur wilde stoppen. Wel bood ze Rafal aan het restaurant over te nemen. Daarmee stelde ze hem voor een dilemma. ‘Wat moest ik doen? Ik wilde graag mijn productieruimte houden. Maar een heel bedrijf overnemen was wel een groot risico. Een buurvrouw adviseerde me eens te gaan praten met iemand die verstand heeft van ondernemen en financiële zaken. Via mijn administrateur Irisabella Bakker kwam ik terecht bij Maarten-Jeroen den Boer van MB Adviesgroep. We hebben een paar keer met elkaar gesproken en daarna zei hij tegen me: Je moet het zelf weten, maar volgens mij ben je geen restauranthouder. Jij bent bakker en jij moet bakken. Hij had gelijk. Dat werk deed ik al sinds 1996.’
Om hem verder te helpen bracht Maarten-Jeroen Rafal in contact met Rob Vos van Texel Catering. Een slimme zet, want Rob had niet alleen bedrijfsruimte voor hem te huur in Oudeschild, maar was ook geïnteresseerd in Rafals koek en gebak. ‘Nu lever ik met Bij Raaf aan Texel Catering. Daarna kwamen ook De Worsteltent, De Pelikaan en Hotel Noordzee erbij’, vertelt Rafal trots.
Ook toen hij wilde investeren, wist Maarten-Jeroen raad. ‘Ik had apparatuur nodig. Een rijskast en een deegverdeler, bijvoorbeeld. En nogal wat kleine materialen. Geen grote uitgaven, maar bij elkaar was het voor mij best veel geld. Bovendien moest ik kunnen leven. In de zomer heb ik het druk, maar in de winter is er nog niet veel werk en verdien ik weinig. Gelukkig kon Maarten-Jeroen me aan financiering helpen. Ik ben blij met hem. Als ik ergens onzeker over ben, bel ik hem voor advies.’ Lachend: ‘Kijk, ik kan goed bakken, Maarten-Jeroen kan goed tellen. Hij ziet de risico’s en weet waar ik op moet letten. Dat is handig.’
Een relatief nieuwe klant is Jumbo Texel in Den Burg en in De Koog. ‘In tegenstelling tot veel andere supermarkten verkoopt Jumbo veel lokale producten. Van mij kopen ze verse broodjes. Zeven dagen per week, dus dat is best veel werk. Sinds 1 april krijg ik hulp van een parttimer, voor twaalf uur per week. In juli en augustus heb ik een fulltime medewerker. Sinds 1 mei heb ik een extra afhaalpunt bij Smakelijk & Meer in Den Burg. Ik ben dankbaar voor de goede samenwerking.’
Door meer te produceren kunnen zijn prijzen wat omlaag. Maar prijstechnisch kan hij niet concurreren met grotere bakkerijen, legt Rafal uit. ‘Als ik honderd koekjes of taarten bak, bakken zij er duizend. Maar mijn producten zijn allemaal ambachtelijk, alles bak ik met de hand. Bij mij is veel mogelijk. Ik lever bijvoorbeeld twee restaurants in Den Hoorn appeltaart. Voor het ene bak ik met kruim, voor het andere is de taart afgedekt met deeg. Het is net wat de klant wil.’
Rafal bakt ook voor particulieren. ‘Ik krijg veel complimenten. Mensen bellen me en zeggen: Ik hoor dat jij de beste taart van Texel bakt. Dat is leuk om te horen. Maar ik ben vier uur met een taart bezig en daardoor wel wat duurder dan een taart uit de winkel. Niet iedereen kan of wil dat betalen. Soms verkoop ik er maar twee per week. Gelukkig staan daar mijn zakelijke klanten tegenover. Zij zijn mijn werkgevers, zij zorgen voor zekerheid. Door hen krijg ik het steeds drukker.’