Je bekijkt momenteel…
We spreken Arjen en Francis en hun zoons Sem (20) en Daniël (bijna 18) een kleine maand na misschien wel de belangrijkste stap in hun leven. We zitten aan de keukentafel in hun nieuwe huis aan de rand van De Koog en de opwinding straalt nog van hun gezicht. ‘We hebben er heel veel zin in’, zegt Francis, terwijl de anderen knikken. Hoewel ze een groot bedrag hebben moeten lenen en niet meer de allerjongsten zijn, zijn ze niet bang voor de toekomst. ‘We zijn gepokt en gemazeld in deze branche en hebben het mooiste plekje van Texel gekocht. Dit is geen groot risico’, vindt Arjen. ‘Bovendien: we zijn een team’, constateert Francis trots.
Ze zijn allebei afkomstig uit het noordoosten van het land. Francis groeide op in Drenthe, Arjen in Groningen. Eenendertig jaar geleden leerden ze elkaar kennen op het Hunzepark, een vakantiepark in Gasselternijveen, waar Arjen activiteitenbegeleider en outdoor-trainer was. ‘Ik zat op het terras, zij kwam aanlopen. Daar komt mijn vrouw, dacht ik.’ Lachend: ‘Zij was stagiair en ik haar begeleider, dus het mocht helemaal niet. Maar het is het toch geworden.’
Nadat hij in de Volkskrant een advertentie had gezien waarin een ‘energieke jonge bedrijfsleider’ voor Duinkampeerterrein Kogerstrand werd gezocht, streken Arjen en Francis in 2002 op Texel neer. Daaraan had hij als kind niet moeten denken. ‘Met mijn ouders ging ik vroeger elk jaar naar Texel. We kampeerden altijd op de Koorn-aar. Ik vond Texel in die tijd helemaal niks. Met een bolderkar naar het strand en zand in je oksels. Later ben ik alsnog verliefd geworden op het eiland.’
De vijf jaar die volgden, vormden een belangrijke periode in hun leven. Arjen werkte hard, deed veel ervaring op en combineerde zijn werk een jaar lang met het bedrijfsleiderschap van De Shelter en Om de Noord, twee kleinere campings van hetzelfde concern. Bovendien werden hun beide zoons op het eiland geboren, in de beheerderswoning van Kogerstrand. ‘Toen al hebben we elkaar beloofd: als we hier weggaan, komen we ook een keer terug.’
In 2007 liet Arjen zich verleiden tot een nieuw avontuur en werd hij manager van een groot vakantiepark in Noord-Brabant. Een prachtige functie, zo leek het, waarin hij niet alleen verantwoordelijk was voor het park, maar ook voor de bijbehorende horeca en het zwembad. Maar het draaide uit op een teleurstellende periode, van niet nagekomen afspraken en angstige avonturen in wat Arjen ‘een criminele omgeving’ noemt. ‘We zijn er belaagd door kampers, kregen te maken met een pyromaan, ik heb er spuiten uit armen van junks moeten trekken en er was een zelfmoordpoging. Bovendien was ik alleen maar aan het werk en zag ik Francis en de jongens bijna niet. Ik heb het een jaar volgehouden. Daarna vond ik het wel genoeg.’ Ondanks de teleurstelling was het een vormend jaar. Francis: ‘Ik zeg altijd: Arjen krijg je niet gek, want hij heeft alle geks daar al meegemaakt.’
In de jaren erop was Arjen manager bij Kustpark Texel en zwemparadijs Calluna in De Koog en leisure-manager op De Eemhof, een park van Center Parcs in Zeewolde. Dertien jaar geleden keerden ze opnieuw terug naar Texel. Arjen werd er verantwoordelijk voor de horeca op de veerboten en de cafetaria’s op de havens van TESO, het bedrijf dat de veerverbinding tussen Texel en Den Helder onderhoudt. ‘Een van de eerste vragen die ik kreeg voorgelegd, was hoe ik het salondek van het nieuw te bouwen schip zou inrichten. Dat werd de Texelstroom, die in 2016 in de vaart kwam. Ik heb de leukste baan van Texel, zeg ik altijd. Op de werkvloer stuur ik dertig tot vijfendertig medewerkers aan, afhankelijk van de tijd van het jaar. Allemaal doeners, enthousiaste en hardwerkende mensen. Tegelijkertijd zit ik in het managementteam van TESO en mag ik meedenken over het beleid en de strategie. Die combinatie is prachtig.’
Francis keerde op Texel terug naar haar oude vak: het onderwijs. ‘Ik heb vaak als receptioniste gewerkt. Als Arjen een nieuwe baan kreeg, dan ging ik ook op zoek naar iets nieuws. Meestal was er wel receptiewerk te doen op het park waar Arjen werkte. Maar ik heb eigenlijk voor onderwijzeres gestudeerd. Op de Lubertischool heb ik me aangeboden als vrijwilliger. Ik hoefde niet gelijk voor de klas, eerst maar eens rustig inkomen. Theo Habraken, de toenmalige directeur, vond het mooi dat ik niet direct eisen had. Al snel kreeg ik een eigen klas.’
Op het oog heel ander werk dan toerisme en recreatie, maar dat bestrijdt Francis. ‘In het onderwijs draait het om dienstbaarheid, je bent dienstbaar aan je leerlingen. Dat geldt ook voor de contacten met de ouders. Ik heb geen drempel, zeg ik altijd. Je mag me altijd benaderen. In het toerisme is dat ook zo, ik ben er voor de gasten. Als receptioniste op camping Loodsmansduin verwelkomde ik onze gasten met: Welkom, u vakantie is begonnen. Vaak kwamen ze gestrest binnen, maar dan zag je ze ontdooien.’
Hoewel ze allebei volop genoten van hun werk, sluimerde op de achtergrond altijd die ene droom: samen een eigen bedrijf beginnen. Al tijdens hun periode op Kogerstrand deden ze een poging die droom te laten uitkomen. Maar de camping die ze wilde overnemen, ging op het laatste moment aan hun neus voorbij. Afgelopen voorjaar, twintig jaar na de eerste keer, deed zich plotseling een nieuwe kans voor. Zoon Sem kwam thuis met de boodschap dat Nieuw Bornrif, aan de rand van De Koog, te koop stond. Het ging om een groepsverblijf voor maximaal dertig gasten, een familiehuis voor twaalf personen – gevestigd in een ruim honderd jaar oude stolpboerderij – en twee hectare grond. Bovendien bood het landgoed, zoals ze het zelf trots noemen, de mogelijkheid er B&B te verzorgen.
In eerste instantie leek de vraagprijs wel erg hoog, maar de gedachte de nieuwe eigenaren te kunnen worden, liet hen toch niet los. Ze spraken er met twee bevriende echtparen over – Dennis en Ester Vonk en Bas en Suzanne Kruk – die uitstekende ervaringen hadden opgedaan met Maarten-Jeroen den Boer van MB Adviesgroep. Francis: ‘Wij kenden Maarten-Jeroen niet. Nou ja, ik wist wie hij was. Lang geleden heb ik één van zijn kinderen in de klas gehad. Maar we hadden hem nooit echt gesproken. Hij krijgt het voor elkaar, kregen we steeds te horen.’
Ze besloten Maarten-Jeroen te benaderen en die stelde voor samen een kop koffie te drinken. Het werd een genoeglijk en constructief gesprek. Arjen: ‘Maarten-Jeroen is duidelijk en doortastend. Hij legde ons helder uit wat er wel en wat er niet kon. Bancair financieren kon niet, maar hij zag wel andere mogelijkheden. En we kregen gelijk huiswerk mee.’
De oplossing werd gevonden in een constructie met leningen van relaties uit het eigen netwerk. Arjen: ‘We hadden nooit gedacht dat we vrienden om geld zouden vragen, maar we hebben het toch gedaan. Van nauwe vrienden tot zakelijke relaties. Veel mensen vinden het leuk om anderen te helpen. Vooral natuurlijk als het een goed plan is, zodat de kans groot is dat ze hun geld later weer terugkrijgen.’
Onmisbare hulp kregen ze van hun adviseur. ‘Maarten-Jeroen is een snelle denker en een goede sparringpartner. Een voorbeeld: voordat we ons plan gingen pitchen, lieten we het eerst aan hem zien. Hij stuurde het gelijk door naar zijn medewerkers: kijk er even goed naar, hebben jullie nog suggesties? Dat was erg prettig.’
Op 5 november was de officiële overdracht en sindsdien hebben ze hard gewerkt om Landgoed Bornrif voor te bereiden op het nieuwe jaar. Met professionele hulp van Rekenmaatje (administratie), BookZo (reserveringen) en 53 Graden Noord (website en social media). Maar ook met hulp van hun zoons, die al volop bezig waren het vak te leren. Sem is zelfstandig werkend kok in opleiding en deed ervaring op bij de restaurants BOSQ en Gusta, onderdeel van Hotel Texel. Daniël studeert voor gastheer en werkt bij restaurant ’t Pakhuus in Oudeschild, eveneens op Texel.
‘Arjen blijft voorlopig bij TESO werken en heeft daar z’n eigen werk. Maar verder doen we alles met z’n vieren’, vertelt Francis trots. ‘Alles: kippen eten geven, grasmaaien, onderhoud, hekken maken, poetsen. Maar we zijn ook druk bezig met het aanschrijven van doelgroepen, om onze accommodaties vol te krijgen.’ Arjen: ‘We willen minder afhankelijk worden van scholen. Idee is ons meer op het bedrijfsleven te richten. Dit is een prachtige plek voor managementtrainingen, workshops en andere arrangementen.’
De zoons zien hun eigen kansen. ‘Wij doen veel mee aan kartwedstrijden en hebben contacten in het hele land. We krijgen enthousiaste reacties, als we vertellen wat we aan het doen zijn. Al aardig wat jongens hebben al gezegd dat ze graag een keer langskomen.’
Hoewel het eigen bedrijf vooral een droom van hun vader en moeder was, voelen de jongens geen druk. Sem: ‘Ik wil heel graag op Texel blijven en iets opbouwen. In mijn eentje is dat op deze leeftijd erg moeilijk. Ik zou zelf bijvoorbeeld nog niets kunnen kopen. Ook daarom is dit een mooie kans.’ Francis: ‘We willen onze jongens graag een beetje op weg helpen. Vandaar dat we het heel leuk vonden ze hierbij te betrekken. Maar we beitelen ze natuurlijk niet vast en leggen geen verplichtingen op. We zien wel hoe het in de toekomst gaat. Misschien doen we het over tien jaar nog met z’n vieren. Maar het kan ook dat een van de jongens toch een andere keuze maakt. Het kan allemaal en het mag allemaal.’ Arjen: ‘Weet je wat het is? De aanhouder wint altijd.’